Het Verhoor: Michiel van de Pol over Hoe ik mijn fortuin maakte als live-cartoonist
19 december 2022 


Michiel van de Pol is een Tilburgse striptekenaar die tien albums heeft in zijn repertoire bestaande uit autobiografische strips. Vandaag is hij proefkonijn voor mijn eerste interview namens Pulp deLuxe (zijn woorden, niet de mijne!). Het gaat over zijn nieuwste uitgave  Hoe ik mijn Fortuin Maakte als Live Cartoonist, uitgegeven door Scratch. We zitten naast elkaar op een bankje in de indrukwekkende voormalige treinloods vlakbij Tilburg Centraal Station, LocHal, die omgebouwd is tot bibliotheek. Het is er rustig. Het is zondag en koud buiten. Na een korte babbel begint het interview.

door Maia Matches.

verhoor-michiel2

(foto: Cyril Koopmeiners)

Voor wie heb je dit boek gemaakt?

Ik heb het eigenlijk voor mijn collega’s en mijn opdrachtgevers gemaakt. Ik probeer ook het boek te verkopen. Ik neem hem dan mee als ik ergens moet tekenen voor een sessie, en dan probeer ik hem te verkopen. Dat gaat redelijk goed, moet ik zeggen. Ik kreeg heel vaak de vraag over sessies: hoe ben je hier ingerold? Is het een hobby voor je of is het je werk? Voor veel mensen is het iets wat ze echt niet kennen, iemand die tekent voor z’n werk. Dus ja, ik dacht daar ga ik een boekje over maken. Het is leuk voor iedereen die hier interesse in heeft en ook leuk voor mezelf om te maken.

Mensen zien je als een soort van natuurverschijnsel die z’n eigen ding doet.

Wat zijn de verschillen tussen striptekenen en live tekenen?

Het is een verschil als dag en nacht! Als striptekenaar zit je op je zolder en maak je werk waar je heel lang over kan nadenken (wat op zich heel fijn is), en bij live tekenen moet je vooral heel snel werken. Luisteren en tekenen tegelijk, dat is sowieso een ding wat heel anders is. Je luistert met een ‘inhoudelijk oor’, waarbij je probeert te begrijpen wat allemaal gezegd wordt. Tegelijkertijd ben je bezig met de vraag: ‘hoe kan ik dit omzetten tot een beeld?’. Dat maakt het ook vermoeiend om te doen. Normaal gesproken kan je met strips tekenen echt in je eigen wereld duiken. Zoals mijn vrouw Lisette zegt, ben ik ‘onbereikbaar’ als ik vol concentratie aan een strip werk. Bij live tekenen moet je altijd een half oor open houden voor dingen die gaande zijn terwijl je aan het tekenen bent.

 

Dat lijkt me zo lastig! Het was leuk om je proces mee te maken in je strip, maar hoe kijken de deelnemers ernaar je als je live aan het tekenen bent?

In het begin was dat wel moeilijk hoor. Er staan constant mensen om je heen die over je schouder kijken en je moet ook een beetje sociaal doen met ze. Je kan niet zeggen: ‘Hou even je mond, ik moet een tekening maken”. Het is toch wel handig om een beetje sociaal te doen want het is oprechte belangstelling voor jou als tekenaar. Ze willen weten wat je allemaal aan het doen bent, hoe je erin gerold bent, enzovoort.

Gevoelige situatie, lijkt me. Een deelnemer negeren op moment dat die over je schouder zit te kijken kan anders geïnterpreteerd worden, als in: ‘die tekenaar is zó afstandelijk’.

Het ligt eraan, want je hebt ook mensen die je zien als een soort van natuurverschijnsel die z’n eigen ding doet en dat vinden ze ook interessant. Als je een poppetje kan tekenen of iets wat er op lijkt, die kan acteren enz, is dat al een soort magie voor mensen die normaal gesproken alleen maar denken in de vorm van schema’s, teksten, grafieken…

Ideaal hoe de meest ingewikkelde bedrijfsjargon wegvalt door het inzetten van cartoons. Is het een uitdaging om te begrijpen waar het over gaat tijdens een sessie?

Af en toe heb je zo’n sessie waarbij je denkt: waar gaat dit over? Dat er zoveel jargon is en dat er zoveel afkortingen zijn en dan ook nog Engels met een Indiaas accent en dat stapelt zich op en op een gegeven moment wil je iemand aan de mouw trekken en vragen: ‘Waar gaat dit nu echt over? Leg me het uit alsof ik een kind bent’. Het is ook nog een goede graadmeter om te zien of ze het zelf nog goed begrijpen.

 

Er is een cowboy thema dat vaak terug komt in je boek. Waarom juist die metafoor?

Toen ik voor het eerst ging tekenen en hoorde wat ik ging verdienen voelde ik me een soort premie-jager. Je gaat op pad, een dag ergens werken en dan heb je best wel wat verdient en in het begin had ik zoiets van: ben ik dat wel waard? Natuurlijk ben ik dat waard maar dat gevoel kreeg ik er wel bij in het begin.

Trouwens, superleuk dat de lezer aan het werk gezet wordt door middel van jou ‘werkpagina’s’ verspreid door het boek. Ik heb een paar van die opdrachten ingevuld, en ik vroeg me af: vind je het leuk om te zien wat anderen verzonnen hebben?

Natuurlijk is het heel leuk als anderen de werkpagina’s gaan invullen! Het is echt een boek om uit te leggen wat mijn vak inhoudt. Het leek me leuk om er een soort handboek van te maken. Die vorm leek me gewoon grappig. Stel je voor dat je de opdrachten gaan doen en je vindt dat je het anders beleeft, dan schrijf je dat gewoon op.

Ja, heel tof! Zeg, wat voor bijeenkomst zou je het leukst vinden om een getekend verslag over te maken?

Het leuke is wanneer je in een wereld terecht komt die je nog niet kent. Inmiddels heb ik heel veel over IT getekend, over financiële zaken en over reorganisaties. Af en toe kom je in een wereld terecht die je totaal niet verwacht. Ik heb een keer bij een bedrijf gewerkt die enorme jachten maakte. Dat was echt de kers op de taart. Dan kom je in een fabriek waar ze dat allemaal maken, superleuk om te zien.

Welke bijeenkomst zou je principieel weigeren om verslag over te maken?

Alle bijeenkomsten van Thierry Baudet (Nederlands extreemrechts politicus n.v.d.r.) (lacht). Maar ja, je werkt op z’n moment voor grote corporaties en je weet ook niet precies waar ze hun geld in investeren. Ik ben er vrij makkelijk in. Ik ga het allemaal niet uitzoeken van tevoren.

 

In het boek geef je een voorbeeld waar je je té goed had voorbereid op de inhoud van een bijeenkomst. Hoe ging dat?

Dat was voor een farmaceutisch bedrijf. Ik ben in die materie van medicijnen gedoken, hoe dat allemaal werkt. Het ging zover dat ik mezelf zag als een soort half dokter en dat bleek niet zo handig te zijn, want tijdens de sessie ging het niet over de materie die ik gestudeerd had. Ik had er wel last van. Ik vond het zonde om niks te kunnen doen met al die informatie. Ik had het gewoon moeten laten vallen en gewoon gaan luisteren.

Zou je sneltekenen aanraden als bijbaan voor andere tekenaars?

Jazeker, want het betaalt best goed. Waar ik veel moeite mee heb is een balans creëren tussen werk in opdracht en mijn eigen werk, want al snel gaat het de verkeerde kant uit waardoor je geen tijd meer hebt om je eigen werk te maken (of andersom). De boeken die ik maak verkopen niet goed genoeg om ervan te leven, maar ik vind het wel heel leuk om ze te maken.

De bijeenkomsten waar jij op af gaat, zijn best onregelmatig. Je kan er blijkbaar niet altijd op rekenen als inkomen.

Het zijn echt golfbewegingen. Zeker in de zomer als al die bedrijven op vakantie gaan dan is het vaak wat rustiger qua werk. Daar hou ik rekening mee. Als ZZP’er (zelfstandige zonder personeel in Nederland n.v.d.r.) moet je een buffer opbouwen voor tijden dat het minder goed gaat.

Wijze woorden, Michiel, en hiermee ga ik de interview afsluiten. Heel erg bedankt voor je tijd en voor het maken van een hele boeiend en grappig boek. Ik heb ervan genoten en ik weet zeker dat meer mensen hetzelfde zullen vinden. Tot snel weer in Tilburg!

 

Meer weten over Michiel van de Pol? Luister naar de Stripjournaal podcast, toevallig ook opgenomen in LocHal.

 

Hoe ik mijn fortuin maakte als live-cartoonist telt 128 pagina’s en is verschenen bij Scratch Books.

Bestel Hoe ik mijn fortuin maakte als live-cartoonist »
Website Michiel van de Pol »







Gerelateerde berichten





More Story

Het Verhoor: Josse Pommé en Antje YA

Voor wie thuis is in de Vaderlandse filmgeschiedenis zal de naam Harry Kümel wel een belletje doen rinkelen. Films als Monsieur...